mevrouw Voss

‘In 2007 kreeg ik de boodschap slechtziend te zijn. Ik bleek een erfelijke oogaandoening te hebben, retinitis pigmentosa. Het begint met nachtblindheid en leidt uiteindelijk tot volledige blindheid. Momenteel zie ik nog een vlakje van vijf centimeter op een halve meter afstand. Ik had er nog nooit van gehoord, maar ik had geen keus, ik moest het aanvaarden. Ik realiseerde me het niet direct maar dit was een heel proces van afscheid nemen en loslaten. En angsten overwinnen door aan nieuwe dingen te wennen. Lopen met een taststok, bijvoorbeeld. De auto en fiets moest ik per direct laten staan, terwijl fietsen echt mijn passie was.
Om dichter bij familie te wonen en zelf mijn huisinrichting nog te kunnen bepalen, ben ik in 2010 vanuit West-Friesland naar Nijmegen verhuisd. Ik kende de omgeving van vroeger, maar had er geen sociaal netwerk. Een lichtpuntje: tijdens het revalideren kwam ik erachter dat tandemfietsen wél een optie was, en via de parochie hoorde ik over de Hulpdienst. Ik vond het moeilijk hulp te vragen en te ontvangen. Afhankelijk zijn is het laatste wat je wilt. Mensen zijn echter best bereid om te helpen en ik ben blij met de hulp die ik krijg. Verschillende vrijwilligers zijn over de vloer gekomen en dit is altijd goed bevallen. De afgelopen vijf jaar komt Riekje. Iedere maandag gaan we met de tandem op pad. Naar Heumen, de Hatertse Vennen of de Ooij, bijvoorbeeld.
Als ik de frisse lucht en de wind voel, ben ik gelukkig. Het doet me goed om te bewegen en me in te spannen, het verzet mijn zinnen en houdt me actief, gezond en vrolijk. Riekje vertelt ondertussen wat er zoal te zien is, en ze waarschuwt me voor stoplichten. Iedere week kijk ik ernaar uit. Het is leuk dat we samen iets kunnen beleven, en we kletsen wat af. We leren van elkaar en leven met elkaar mee. Het is heel wezenlijk, maar met aandacht voor elkaar zorg je voor verbinding. Er is echt een band tussen ons ontstaan.
Ik weet niet hoe lang ik dit zicht nog heb. Het beangstigt me het kwijt te raken, maar ik geloof dat ook dat goed komt. Ik heb geleerd alles blind te doen. En als Riekje om wat voor een reden dan ook niet meer kan komen, dan is er wel weer een andere vrijwillige fietsmaat. Je prettig voelen bij diegene is belangrijk, want je bent kwetsbaar. In dat opzicht heb ik de ervaring te kunnen vertrouwen in de Hulpdienst. Ze organiseren het goed en bellen om de zoveel tijd om te vragen hoe het gaat. Ik heb er veel bewondering voor. Dat meen ik uit de grond van mijn hart: het is zo een sympathieke organisatie. De medewerkers zijn belangstellend en luisteren écht. Het is geweldig wat ze mogelijk maken.’